Hoe ver moet je gaan om een last onder dwangsom na te leven – en ervoor te zorgen dat anderen dat ook doen? Deze vraag kwam aan de orde in een uitspraak van 6 november 2024 van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (ECLI:NL:RVS:2024:4486).
Waar ging deze zaak over?
Appellante is eigenares van een perceel waarop een met asbest besmette woning en loodsen staan. Deze loodsen worden aan derden verhuurd. Het college van burgemeester en wethouders heeft een last onder dwangsom aan appellante opgelegd omdat zij in strijd met de wet heeft gehandeld. Uit de opgelegde last blijkt dat appellante deze dwangsom zal moeten betalen zodra zij het met asbest besmette gedeelte weer betreedt of toestaat dat iemand anders het gebied betreedt voordat sanering heeft plaatsgevonden. Helaas voor appellante betreedt de huurder van één van de loodsen het besmette gebied zonder haar toestemming. Als gevolg hiervan gaat het college over tot invordering van de last.
Wat vindt de rechtbank?
De rechtbank overweegt dat het college terecht heeft geoordeeld dat de last niet is nageleefd. Immers houdt het woord ‘toestaan’ uit de last meer in dan slechts de uitdrukkelijke toestemming om het besmette gebied te betreden. Appellante had er dan ook voor moeten zorgen dat het gebied niet door anderen werd betreden en had de daartoe noodzakelijke maatregelen moeten treffen.
Appellante heeft weliswaar haar huurders telefonisch op de hoogte laten stellen van het verbod om het besmette gebied te betreden, maar deze maatregel was volgens de rechtbank onvoldoende. Appellante had immers ook fysieke maatregelen kunnen treffen. Zo had zij bijvoorbeeld voor cameratoezicht kunnen zorgen, het gebied kunnen afschermen met hekken of zelfs preventief de sleutels van de verhuurde loodsen kunnen innemen. Ook had zij volgens de rechtbank aan haar huurders kunnen mededelen dat als zij het verbod zouden overtreden zij hun huurovereenkomsten zou opzeggen.
Wat oordeelt de Afdeling?
De Afdeling is het niet eens met de rechtbank. Zij overweegt dat de last niet zover strekt dat appellante extra maatregelen had moeten nemen om te voorkomen dat haar huurders of anderen het besmette gebied zouden betreden. Nu niet is gebleken dat appellante haar huurders uitdrukkelijk toestemming heeft gegeven om het besmette gebied te betreden en het College ook niet aannemelijk heeft gemaakt dat appellante van deze overtreding op de hoogte was, kan niet worden geconcludeerd dat appellante de last heeft overtreden. Het was in dit geval voldoende dat appellante haar huurders van het verbod op de hoogte had laten stellen.
Wat leren we van deze uitspraak?
Uit deze uitspraak volgt dat er niet altijd van iemand verwacht kan worden dat diegene alles in zijn of haar macht doet om ervoor te zorgen dat andere mensen de aan hem of haar opgelegde last onder dwangsom niet overtreden. Het kan soms ook al voldoende zijn om derden van het verbod dat in de last is opgenomen op de hoogte te stellen. Of iemand voldoende maatregelen heeft genomen om ervoor te zorgen dat de last niet door derden wordt overtreden, zal uiteraard afhangen van de omstandigheden van het specifieke geval.
Heeft u juridisch advies nodig in een conflict over een last onder dwangsom? Neem dan contact op met onze advocaten ruimtelijk bestuursrecht & milieurecht.
Deze blog is informatief van aard en er kunnen geen rechten aan worden ontleend.
Hoe ver moet je gaan om een last onder dwangsom na te leven – en ervoor te zorgen dat anderen...