Deze titel roept (als het goed is) bij de oplettende lezer direct de vraag op of daar dan verschil in zit, en zo ja, wat dan dat verschil is.
Uiteraard zal ik dat hieronder toelichten.
In de paardenwereld komt het heel vaak voor dat een (ver)koopovereenkomst tot stand komt door tussenkomst van een derde.Iemand zoekt een paard en er is een derde die wel een goed paard weet te staan, of een paard wordt door een derde gereden en die kent wel een geïnteresseerde.
Het is goed gebruik dat die derde bij een geslaagde transactie een percentage van de koopprijs ontvangt.
Juist omdat het een goed gebruik is, gebeurt het vaak dat de betaling van dat percentage plaatsvindt zonder dat daaraan een schriftelijke overeenkomt aan ten grondslag ligt. Sterker nog, zelfs zonder dat daar überhaupt een (mondelinge) overeenkomst aan ten grondslag ligt, hooguit een stilzwijgende op basis van het goed gebruik. De vraag is of je dan wel kunt spreken van een overeenkomst.
Bekijk je een dergelijke transactie door een juridische bril, dan kan er sprake zijn van commissieovereenkomst of een bemiddelingsovereenkomst.
Het verschil tussen die twee zit in het sluiten van de overeenkomt. Daar waar de bemiddelaar slechts feitelijk handelt door koper en verkoper bij elkaar te brengen, zijn opdrachtgever te adviseren en de koop voor te bereiden, is de commissionair ook bevoegd de koopovereenkomst namens de koper/verkoper te sluiten. Het zelfs mogelijk dat de commissionair de koopovereenkomst sluit uit zijn eigen naam.
De bemiddelaar heeft dus niet de bevoegdheid een koopovereenkomst te sluiten. Krijgt de bemiddelaar die bevoegdheid op enig moment wel, dan verandert zijn positie van die van bemiddelaar in die van commissionair.
Dat is van groot belang omdat de commissionair aangesproken kan worden op nakoming van de verplichtingen voortvloeiend uit de koopovereenkomst.
Voor zowel de bemiddelaar als de commissionair geldt dat zij wel gebonden zijn aan dezelfde regels.
Zo mogen zij beiden (zonder toestemming) geen “twee heren dienen”. Zij mogen dus niet van zowel de opdrachtgever als de andere contractpartij een commissie bedingen. Ook mogen zij naast die commissie geen extra kosten in rekening brengen als daarover geen afspraken zijn gemaakt.
Zoals wij allemaal wel weten, of op z’n minst vermoeden, gebeuren die zaken in de praktijk wel degelijk.
Op grond van de wet heeft de opdrachtgever dan een machtig wapen in handen.
Hij kan de commissie- of bemiddelingsovereenkomst in een dergelijk geval ontbinden en schadevergoeding vorderen.
Nog meer van belang is echter dat de commissionair of bemiddelaar door zijn handelen tevens zijn recht op de overeengekomen commissie kan verliezen of moet terug betalen.
Deze blog is algemeen van aard en er kunnen geen rechten aan worden ontleend.
Is een vaststellingsovereenkomst (vso) altijd verplicht? Bij een ontslag met wed...
Vandaag, 8 november 2019 heeft de Hoge Raad duidelijkheid gegeven in de ‘slapers-kwe...
De Wet Werk en Zekerheid (de WWZ) regelt het nieuwe ontslagrecht en treedt in werking op 1 juli 20...